Werkzaamheden A1: “Het werk verliep soepel”
Op donderdag 9 mei startte de werkzaamheden aan de A1. De werkzaamheden zijn geheel volgens planning verlopen en inmiddels afgerond. Het project maakte deel uit van een reeks grote onderhoudswerkzaamheden in en rondom Amsterdam. Amber Dickmann, adviseur omgeving bij Rijkswaterstaat, was nauw betrokken bij de aftrap van het project. Samen met haar blikken we terug op een intensieve, maar goed voorbereide start.

Een spannend maar krachtig begin
Dickmann vertelt hoe zij de aftrap van het project heeft beleefd: “De start van dit project was enerzijds erg leuk, omdat het veel aandacht kreeg en echt een momentum vormde. Anderzijds bracht het ook extra spanning met zich mee, want als de aftrap niet goed verloopt, heb je daar de rest van het jaar last van. Want als de werkzaamheden aan de A1 klaar zijn, start het volgende project in de reeks.”
De eerste maandag van de werkzaamheden verliep qua verkeer grotendeels zoals verwacht. Hoewel het druk was, bleef de hinder binnen de grenzen die van tevoren waren gecommuniceerd. Dickmann: “Het was wel druk, maar alles is binnen het uur gebleven. We hadden vooraf aangegeven dat mensen rekening moesten houden met 30 tot 60 minuten hinder, en dat klopte.”
Tijdens dagelijkse overleggen waarin het verkeersbeeld werd geanalyseerd, namen Dickmann en een team van verkeersexperts de camerabeelden en verkeersdata van verschillende trajecten door. “Op basis van die beelden zagen we bijvoorbeeld dat het op de A6 richting Amsterdam drukker was dan normaal. Dat kwam doordat de wisselbaan gesloten was én er die eerste maandag rond 8 uur twee pechgevallen waren. Dan zag je meteen waar de vertraging vandaan kwam”, vertelt Dickmann. Ook de avondspits op maandag was intensief, mede door meerdere aanrijdingen op de ring. Deze incidenten zorgden voor extra drukte. Het operationeel team had allerlei opties klaarstaan voor dit soort calamiteiten. Daarover zie je meer in deze video .
Voorbereiding is alles
Voorafgaand aan de start van de werkzaamheden aan de A1 was er al veel voorbereiding gedaan, vooral met het oog op de verwachte verkeersdrukte. Een belangrijk onderdeel daarvan was het aanpassen van de omleidingsroutes. Omdat een deel van de A1 tijdelijk was afgesloten, werd het verkeer omgeleid via de A2 en A9, waarbij de Gaasperdammertunnel een cruciale schakel vormde. Maar die tunnel is normaal gesproken niet ontworpen om zo’n grote hoeveelheid verkeer te verwerken.
Dickmann legt uit: “Voordat we begonnen met de werkzaamheden aan de A1, hebben we al aanpassingen aan de Gaasperdammertunnel gedaan, zodat daar meer verkeer doorheen kon. We hadden dus niet zomaar een omleidingsroute gekozen, maar echt iets aangepast om het verkeer goed te kunnen laten doorstromen.”
Zichtbaar en efficiënt
De werkzaamheden zelf verliepen volgens Dickmann erg soepel: “Alles sloot goed op elkaar aan, als een soort treintje dat steeds doorging. Het werk was zo efficiënt georganiseerd dat versnellen eigenlijk niet meer mogelijk was. En het is ontzettend knap wat er is gedaan: in 16 dagen tijd werd het volledige wegdek verwijderd en opnieuw geasfalteerd.”Doordat slechts één rijrichting was afgesloten en verkeer richting Amsterdam mogelijk bleef, was goed zichtbaar hoeveel er gebeurde. “Dat hielp om begrip te kweken. Veel mensen hebben het met eigen ogen gezien en dat maakte het verschil.”
Ook andere partijen maakten van de afsluiting gebruik. Zo werd er tegelijkertijd onderhoud gepleegd aan de wisselbaan en vindt er een inspectie plaats van een spoorviaduct. “Dat is slim geregeld. Omdat de weg toch al dicht was, konden deze werkzaamheden zonder extra afsluitingen uitgevoerd worden. Dat voorkwam extra hinder.”
Samenwerken aan bereikbaarheid
Hoewel de eerste week intensief was, kijkt Amber positief terug. “Ik heb onder andere 's nachts verkeerskundige schouwen uitgevoerd. Daarbij controleren we of de bebording klopt. Dat klinkt simpel, maar is essentieel. Als borden verkeerd staan, begrijpt het verkeer de situatie niet goed.” Met goed geplande en gecoördineerde inzet hoopt Rijkswaterstaat de hinder voor weggebruikers zoveel mogelijk te beperken. Dickmann benadrukt dat weggebruikers hier zelf ook aan kunnen bijdragen: “Volg het advies: reis niet of reis anders. Het blijft tot oktober écht extreem druk op de weg”.
